In huis en elders praten wij regelmatig over de economie, en wat ik al uit de kranten in Nederland haalde vóór mijn vertrek, wordt hier bevestigd: het ergste is achter de rug, we hebben het dieptepunt bereikt. Vanaf nu wordt het geleidelijkaan beter, verwachten velen.
De tekenen van dat dieptepunt zijn nu wel scherper dan vorig jaar. Wat restaurantjes en andere horecagelegenheden die ik ken zijn van eigenaar gewisseld, gesloten of van opzet veranderd, minder lang open bijvoorbeeld, ze proberen een ander publiek binnen te halen, hier en daar zijn prijzen verlaagd, als ik me niet vergis. Wat dat betreft moeten we het hebben van zelfstandige ondernemers, niet van de overheid (nog steeds drie Euro exrta bij metroritten vanaf of naar het vliegveld).
Terrassen zijn leger, zoals aan het Plaza Vazquez de Mella, waar ik regelmatig kom. De relatief hoge prijzen verklaren alles. Zelf zit ik er vaak op en rond de fontein, met anderen.
In één van mijn favoriete ontbijtplekken heb ik nog één keer kunnen zitten, de dag erna waren de ramen beplakt en was het interieur weggehaald, dat was nog net te zien. De uitbaters, een stel uit Peru, hebben een zaakje geopend aan de overkant, veel kleiner in oppervlakte, en ze gaan meer op de Peruviaanse toer, meer specialiteiten. Hun vorige zaak gaat over in handen van een keten (níet McDonalds).
Een nieuwe tent die ik heb ontdekt, is tot half één heel druk en daarna wordt het bijzonder rustig. Het is er langwerpig en lekker rommelig wat zitplekken betreft, ook hier en daar wat banken, in zijn variatie stijlvol, ongedwongen en plezierig, met in het midden een vitrine met broodjes en gebak. De vrouwen die er werken kennen me inmiddels en ik ben er al weer helemaal thuis.
Vaak zit ik er wel een paar uur te werken, midden in Chueca. Soms ga ik daarna naar een andere, nieuw ontdekte tent in een naburige wijk, een verzamelplek voor creatievelingen, iedereen is daar aan het schrijven, met laptops in de weer, besprekingen aan het voeren, ook daar voel ik me volslagen op mijn gemak. Ook hier wat lage zitjes, en verder langwerpige werktafels waar je met een flink aantal mensen aan kunt zitten, met karaffen water en bekertjes voor iedereen erbij.
Klopt mijn idee dat ‘perfecto’ een nieuw stopwoordje is, of was dat altijd al? Meer dan eerder volgens mij, wie weet als teken van het nieuwe optimisme.
Ik ben begonnen aan een nieuw boek, dat moet hier, ik moet een lekker begin hebben, zodat ik er vanaf september, als het weer druk wordt met andere activiteiten, relatief makkelijk aan verder kan blijven werken.
Het wordt een nieuw boek over Jordi. Een zelfstandig, nieuw boek, zo moet het kunnen functioneren, daar werk ik aan. Over ‘een vervolg op’ wil ik het niet hebben, al is het dat in feite óók.
Oók, ik hoef dat niet te benadrukken, dat idee moet niet de overhand krijgen.
Crisis in Europa
01 donderdag aug 2013
Posted Uncategorized
in